Ik had eigenlijk nog willen schrijven over de coronaboetes
en de grote verschillen tussen gemeenten in de handhaving; in Nieuwsuur werd
daar vorige week uitgebreid aandacht aan besteed terwijl eerder al juristen de
willekeur en de onduidelijkheid over de interpretatie van de regels
hekelden. Zij raadden mensen toen aan om de boetes aan te vechten en dachten
dat een flink deel niet zou standhouden voor de rechter. Het meest spraakmakend
was de boete die in Schiedam werd uitgeschreven aan vier mensen die, keurig op
afstand van elkaar, een gebakje aten. Dit was een spontane actie van twee
ouders die hun kind en diens partner opzochten, waarna men buiten een
gebakje at. Deze boete leidde tot veel verontwaardiging. Met de crowdfundingactie
'Schiedam met slagroom' werd binnen een dag meer dan 1600 Euro opgehaald. Toch
verklaarde de burgemeester achter de boete te staan. Uit de Nieuwsuur
reportage bleek dat Schiedam met 639 boetes van half maart tot half juni in de
top drie staat van gemeenten waar per 10.000 inwoners de meeste boetes zijn
uitgedeeld.
Dergelijke boetes (ook voor bijvoorbeeld een verstandelijk beperkte
jongen die op straat twee bekenden tegen kwam, of een vrouw die in een park in
Nijmegen op een koord balanceerde terwijl een paar anderen in haar buurt
toevallig ook circusachtige dingen deden) komen op de mensen die ze krijgen
extreem onrechtvaardig over; ze hadden op zijn minst een waarschuwing willen
krijgen omdat ze dachten niks fout te doen. Ondertussen kwamen 40 jongeren op
een illegaal feest in Arnhem er wel met een waarschuwing
vanaf.
Het is moeilijk, zo niet onmogelijk, om altijd consequent te
zijn maar dit gaat wel heel ver. Hoe onduidelijk een en ander is blijkt ook uit
het volgende citaat uit een NOS
artikel van 22 mei, kort nadat premier Rutte een serie versoepelingen aankondigde:
Premier Rutte zei deze week dat het nooit verboden is geweest om buiten te zijn in groepen van meer dan drie personen. "Daar zit geen strikte begrenzing op", zei hij dinsdag, mits de afstandsregels worden nageleefd en het geen evenement wordt.
Maar er zijn gevallen bekend waarin groepen van vier of meer toch zijn behandeld als verboden samenscholing. "Vanuit de overheid was vanaf het begin gecommuniceerd dat groepen van meer dan drie niet zijn toegestaan. Daar hebben wij ook op gehandhaafd", zegt een woordvoerder van de Nationale Politie. "Maar beleid was wel om eerst te waarschuwen en in gesprek te gaan."
Kortom, de politie en Rutte spreken elkaar hier tegen. Dat
lijkt mij reden genoeg om alle boetes die op grond van samenscholing zijn
gegeven kwijt te schelden. Niet alleen is het verschil met groepsvorming in de praktijk
lastig, het slaat ook nergens op. Het virus maakt echt geen onderscheid tussen
wie heeft afgesproken dan wel een ander spontaan ontmoet. En van dat eerst
waarschuwen kwam dus lang niet altijd wat terecht. Daarnaast staan de boetes in
geen verhouding tot het werkelijke gevaar of de schade die mensen hebben
veroorzaakt. Mensen die zelfs 30 km te hard rijden in het verkeer komen er met
minder vanaf. Toen in maart de maximumsnelheid werd verlaagd naar 100 km per
uur op de snelweg, gaf een kwart van de mensen aan zich daar niet aan te zullen
houden. Men besloot echter om daar maar zeer bescheiden op te gaan handhaven.
Veel lichte verkeersovertredingen worden zelden beboet. Ik verbaas mij geregeld
over de lichte straffen waar mensen die zwaar letsel veroorzaken met hun
roekeloze (rij)gedrag, mee wegkomen. Waar het anderen in gevaar brengen
betreft, is de hoogte van de coronaboetes echt totaal buiten proportie.
Dat er zo streng op soms onduidelijke, nieuwe en diep in ons
privéleven ingrijpende maatregelen is gehandhaafd is zeer discutabel en tast
het rechtsgevoel aan. Toch heeft maar eenvijfde van de mensen de boete die zij
kregen aangevochten, zo meldde de NOS gisteren. Ik hoop dat deze boetes massaal
zullen worden kwijtgescholden. Waar mensen bewust de regels overtraden en bijv.
een illegaal feest organiseerden, verdienen zij straf. Wanneer burgers
ongepland, uit onnadenkendheid of omdat ze het echt niet wisten of snapten, een
regel overtraden past een coulante houding. We hebben met zijn allen ons goed
gedragen benadrukt Rutte steeds. Ondertussen heeft eenieder zich vast weleens
even niet aan de afstandsregel gehouden of is op een mooie dag toch naar een relatief
drukke plaats gekomen, heeft een niet strikt noodzakelijke reis gemaakt of ging
naar de supermarkt op een druk moment. De overgrote meerderheid is daarvoor
gelukkig niet beboet, de relatief kleine groep die net pech had dat er een
overijverige boa in de buurt was verdient geen 400 euro boete en aantekening op
het strafblad.
Ratna Pelle
~*~*~*~*~*~*~*~*~*~*~*~*~*~*~*~*~*~*~*~*~*~*~*~*
Nieuws uit Nederland (Aleh juni 2020)
De afgelopen maanden stonden het nieuws en het openbare leven in Nederland uiteraard voor een groot deel in het teken van de corona crisis. Wat daarbij opvalt is hoe Nederland door de snelle verspreiding van het virus werd overvallen en aanvankelijk steeds achter de feiten aan liep.
Nog op 22 januari schreef minister Bruins van Volksgezondheid:
‘Het virus lijkt niet makkelijk van mens op mens overdraagbaar’, en: ‘de kans
dat het naar Europa komt [is] klein’. Dit was niet zo vreemd als het nu lijkt,
want ook de WHO deelde die visie nog half januari, op basis van informatie uit
China. Ook toen de eerste besmettingen eind januari Europa bereikten, bleef men
herhalen dat ‘de kans op uitbraken klein is, zolang besmette mensen direct
worden geïsoleerd’. Dit was de houding in Nederland tot begin maart. Alleen
mensen die in risicogebied waren geweest en klachten hadden, werden getest.
Daardoor bleven veel besmettingen onder de radar en kon het virus zich
ongemerkt verspreiden onder de bevolking.
Bij ons werd eind februari de eerste officiële besmetting
geconstateerd, bij een man uit Loon op Zand die voor zaken in Noord-Italië was
geweest, waar het al volop heerste toen, en vervolgens in een zaal carnaval
vierde. Later bleek dat het hier al eerder in omloop was en er voor de carnaval
al mensen besmet waren, maar omdat de symptomen soms zo mild zijn en niet te
onderscheiden van een gewone verkoudheid of griep, werd dit pas vrij laat vastgesteld.
Men dacht het virus via contactonderzoek in de hand te kunnen houden en voerde nauwelijks
beperkingen in. Het aantal besmettingen nam begin maart echter snel toe en was
niet meer te herleiden tot al bekende gevallen of risico gebieden, en op 9
maart werden de eerste algemene maatregelen bekend gemaakt: handen wassen, niezen
in de ellenboog, papieren zakdoekjes gebruiken en geen hand meer geven (waarbij
Rutte op de betreffende persconferentie RIVM-hoofd Van Dissel toch een hand gaf,
een beeld dat tekenend werd geacht voor de nonchalante wijze waarop men er
aanvankelijk mee omging).
Daarna ging het hard: 10 maart riep men op tot sociale
onthouding in Noord-Brabant, waar in de kielzog van de carnaval de meeste
besmettingen waren geconstateerd, en enkele dagen later werd besloten dat
mensen zoveel mogelijk moeten thuiswerken, dat evenementen met meer dan 100
mensen verboden zijn en culturele instellingen moeten sluiten. Ook kwam er een
vliegverbod voor risicolanden. Het aantal besmettingen steeg inmiddels met meer
dan 100 per dag en de eerste mensen overleden. Zondag 15 maart werd abrupt alle
horeca gesloten en, vooral onder druk van leraren en de Tweede Kamer, werd
besloten dat alle scholen dichtgaan. Ook werden mensen opgeroepen om anderhalve
meter afstand van elkaar te bewaren en sociale activiteiten maar ook
vergaderingen en sportlessen etc. werden stopgezet of moesten per
videoverbinding. Er waren toen al 1.135 bekende besmettingen en 20 doden. Het
openbaar vervoer ging over op een beperkte dienstregeling en men werd
opgeroepen alleen echt noodzakelijke ritten te maken.
Maandag 16 maart hield Rutte zijn befaamde toespraak waarin
hij het had over het opbouwen van groepsimmuniteit en stelde dat een groot deel
van de bevolking besmet zou raken. Dit leidde tot veel verwarring en kritiek,
ook uit het buitenland. Aan het einde van die week waren er, met steeds minder
testen, 2.994 bekende besmettingen en 106 doden. Nadat in het weekend veel
mensen de natuur in trokken, werden maandag 23 maart de maatregelen
aangescherpt. Mensen kunnen nu boetes krijgen als ze geen afstand houden of met
meer dan drie mensen samen zijn (groepsvorming). In tegenstelling tot veel
andere landen mag je wel nog naar buiten, maar graag zo min mogelijk.
Verzorgingshuizen en sommige ziekenhuizen worden gesloten voor alle bezoek. Als
een lid van een gezin (milde) klachten heeft, moet iedereen thuisblijven. Contactberoepen
zoals kappers moeten sluiten, maar winkels mogen openblijven. Veel winkels
besluiten echter zelf de deuren te sluiten. De ‘intelligente lockdown’ is een
feit. Er zijn inmiddels 4.749 bevestigde besmettingen en 213 doden. De
ziekenhuizen en IC's lopen vol en er is een nijpend tekort aan
beschermingsmateriaal en testen. Op 31 maart zijn er 12.595 bevestigde
besmettingen en 1.034 doden. Alle maatregelen worden verlengd tot 28 april. Begin
april is de druk op de zorg op zijn hoogtepunt met meer dan 1400 patiënten op
de IC's, die daarvoor in allerijl zijn opgeschaald. Op 21 april zijn er 34.134
bevestigde besmettingen en bijna 4.000 doden, maar het aantal ziekenhuisopnames
en mensen op de IC daalt en ook de stijging van het aantal doden neemt af. De
pessimistische scenario’s die nog erger voorspelden komen niet uit en twee
haastig opgezette noodhospitalen blijven ongebruikt.
Ondertussen echter voltrekt zich een stille ramp in
verpleeg- en verzorgingshuizen met de meest kwetsbare ouderen: vele duizenden
blijken besmet, zo'n 40% van de huizen heeft met besmettingen te maken, en
bijna de helft van de besmette mensen overlijdt aan het virus. Een reden
hiervoor is waarschijnlijk dat zij bij de verdeling van beschermingsmiddelen
achter in de rij stonden, en verzorgend personeel het virus onbeschermd en
ongemerkt heeft doorgegeven. Pas eind april wordt dit serieus genomen en de
verdeelsleutel aangepast. Ook worden er dan op wat grotere schaal mondkapjes in
eigen land geproduceerd, maar het is nog steeds te weinig, en dit probleem doet
zich in de loop van mei nog steeds voor. Eind mei wordt op beperkte schaal weer
bezoek toegelaten in verzorgingshuizen.
Begin mei worden een aantal versoepelingen bekend gemaakt.
Nadat een week eerder al werd besloten de basisscholen (gedeeltelijk) te
openen, mag er vanaf half mei weer buiten gesport worden in groepsverband en
kunnen we weer naar de kapper. Op 6 mei is het aantal doden opgelopen tot boven
de 5.000, maar is de druk op de zorg verder gedaald. Het aantal mensen dat
overlijdt is gedaald van meer dan 100 naar zo'n 25 per dag, en zo'n 10 per dag
begin juni. Op 19 mei wordt definitief besloten dat de al eerder in het
vooruitzicht gestelde versoepelingen per 1 juni doorgaan: opening van de horeca
en culturele instellingen (max. 30 mensen binnen, anderhalve meter afstand).
Groepen tot 30 mensen zijn toegestaan mits men afstand houdt. De basisscholen gaan
helemaal open en een week later ook gedeeltelijk de middelbare scholen, en
vanaf half juni op beperkte schaal het hoger onderwijs. Het OV rijdt weer een normale
dienstregeling maar (niet medische) mondkapjes worden daarin verplicht. Over
nut en noodzaak van de mondkapjes was lang discussie: RIVM en regering zagen er
steeds weinig heil in voor het publieke leven; de verplichting nu voor het OV
komt daardoor niet erg geloofwaardig of consequent over.
Begin juni wordt besloten dat de grenzen met een aantal Europese
landen weer opengaan per 15 juni en het negatieve reisadvies wordt ingetrokken.
Voor landen met een hoger risico en landen buiten de EU blijft het voorlopig
wel nog bestaan. Ook is men vanaf 1 juni begonnen met uitgebreider testen:
iedereen met (lichte) klachten kan een speciaal nummer bellen en een afspraak
maken om getest te worden.
Wat opvalt is het hoge aantal doden in Nederland, het
nijpende tekort aan beschermingsmiddelen en testen, en hoe men aanvankelijk
achter de feiten aanliep. Voordat we het in de gaten hadden bleek het virus
zich (o.a. door carnaval en andere samenkomsten, vandaar dat er in het zuiden
veel meer besmettingen waren) al veel verder te hebben verspreid. Dit komt o.a.
omdat er maar heel beperkt werd getest. ‘Blijf thuis bij klachten’ was het
devies, dan is testen niet nodig. Het totaal aantal besmette mensen lag
daardoor volgens schattingen aanvankelijk wel 10 keer zo hoog dan de bevestigde
besmettingen die dagelijks werden gemeld. Ook het aantal doden was hoger, zo
bleek toen de zogenaamde ‘oversterfte’ bekend werd gemaakt: het aantal mensen
dat in deze maanden meer was overleden dan normaal te verwachten is. Ook bleek
later dat een flink aantal mensen (schattingen lopen van 25 tot wel 40%) geen
of nauwelijks klachten ervaart terwijl men wel besmettelijk is. De ziekte heeft
twee gezichten: voor zo'n 85% is het een griepachtige infectie, terwijl de
overige 15% er ernstig ziek van wordt, met soms blijvende schade in het hele
lichaam of de dood tot gevolg.
Wat verder opvalt is dat met onze ‘intelligente’ lockdown de
cijfers even hard omlaag gingen als in bijv. Frankrijk waar je niet eens meer
een ommetje mocht lopen of een rondje hardlopen. Ook de relatieve drukte in de
weekenden met mooi weer heeft niet tot een nieuwe opleving geleid of zichtbaar
de daling afgeremd. Dat geldt ook voor de versoepelingen en de duidelijk
toegenomen drukte op straat van half mei. Volgens sommigen waren de eerste vrij
milde maatregelen zoals geen handen schudden, vaak je handen wassen en thuis
blijven bij geringe klachten al behoorlijk effectief, en vooral te laat
genomen. Er zijn steeds sterkere aanwijzingen dat mensen buiten nauwelijks
besmet zijn geraakt en vooral de matige luchtverversing binnen en het langere
tijd dicht op elkaar verblijven problematisch is. Ook zijn er sectoren die
bijzonder kwetsbaar zijn: na de verpleeg- en verzorgingshuizen zijn nu de
slachthuizen een probleem: hier werken arbeidsmigranten vaak dicht op elkaar,
worden in kleine busjes naar de werkplek vervoerd en leven met tien man in een
huis. Ook zijn er in enkele scholen, kerken en moskeeën veel besmettingen
geconstateerd.
Een nieuw probleem diende zich begin juni aan toen er
wereldwijde verontwaardiging en woede heerste over de dood van een zwarte man
door een witte politieagent in de VS. Op pinkstermaandag kwamen duizenden
demonstranten naar de Dam die daar dicht op elkaar stonden. Hiermee had men
niet gerekend, maar de burgemeester vond het een groter risico om in te grijpen
en stelde het demonstratierecht boven het risico op verspreiding van corona.
Dit kwam haar op felle kritiek te staan. Virologen zijn het niet eens over het
risico ervan; het goede weer en het feit dat velen een mondkapje droegen
beperken de kans op grootschalige besmettingen.
Wat tot slot opvalt is dat maatregelen niet altijd
consequent zijn en ook dat er vaak onduidelijkheid is of vooral was over wat
wel en niet kan, en dat zaken soms wel en soms niet worden beboet. Zo mag er op
dit moment (begin juni) weer in groepen tot 10 personen buiten worden gesport,
maar is het onduidelijk of je buiten in georganiseerd verband mag picknicken. Er
zijn boetes uitgedeeld aan mensen die voor de versoepelingen van half mei met
zijn vieren op anderhalve meter afstand van elkaar in het park zaten of een
gebakje aten, of met zijn drieën in een tuin zaten, ook op afstand. Iemand werd
beboet die 4 mensen thuis had uitgenodigd, nadat de buren hem hadden
'aangegeven'. De ene boa beboet wel, de
andere niet. Er is volgens sommige boa's een verschil tussen afspreken met zijn
drieën buiten (samenkomst) en groepsvorming (je laat de hond uit en komt
spontaan bekenden tegen). Het eerst zou strafbaar zijn, het tweede niet.
Volgens sommige interpretaties, want zo staat het niet in de noodwet. Per
plaats en per boa worden zaken anders geïnterpreteerd. Daarbij blijken veel
boetes fouten te bevatten. Volgens sommige
juristen zouden de meeste boetes geen standhouden voor de rechter, en ook
politieke partijen twijfelen aan de boetes. GroenLinks heeft mensen die zich
gedupeerd opgeroepen bezwaar aan te tekenen bij de rechter. Sheila
Sitalsing verwoordt het zo:
Belangrijker: de coronaboetes deugen ook veelal niet omdat ze drijven op willekeur en ongelijke behandeling (in Voorburg hadden Lou en Taco geen boete gehad, lichtte de verbaliserende boa behulpzaam toe), en omdat de noodverordeningen waarop ze zijn gebaseerd een veel te langdurige inbreuk vormen op grondrechten, zeggen staatsrechtgeleerden.
Maandag gaf de Raad van State de klagende juristen gelijk in een advies voor de Tweede Kamer. De noodverordeningen sluiten niet aan ‘bij de specifieke wettelijke grondslag die de Grondwet eist voor de beperking van grondrechten’. Democratische controle is er amper op, omdat de ongekozen voorzitters van de veiligheidsregio’s min of meer hun gang kunnen gaan.
Vandaar dat niet alleen politieke partijen maar ook
hoogleraren mensen oproepen de boetes niet te betalen. De regels waren zo
onduidelijk dat ook Rutte er niet meer uitkwam: op de laatste persconferentie
op 19 mei zei hij dat met vier mensen in het park zitten gewoon mag en ook
altijd heeft gemogen, terwijl daar veel boetes voor zijn gegeven.